Hélène Planquelle - "Sur ces débris joignant leurs mains d'argile"





Markeer als favoriet om een melding te krijgen wanneer de veiling begint.

Heeft een master in Kunst & Cultuurbemiddeling en ruime ervaring als galerieassistent.
Catawiki Kopersbescherming
Je betaling is veilig bij ons totdat je het object hebt ontvangen.Bekijk details
Trustpilot 4.4 | 123536 reviews
Beoordeeld als "Uitstekend" op Trustpilot.
Beschrijving van de verkoper
Dit werk is een olieverfschilderij op glas in een 3D-frame, gemaakt naar een gedicht van de Franse dichter Alfred de Musset uit Poésies Nouvelles.
Ja, ongetwijfeld, alles sterft.
Deze wereld is een grote droom.
Het kleine geluk dat ons onderweg overkomt.
Hebben we niet eerder dat riet in de hand.
Moge de wind het ons wegblazen.
Ja, de eerste kussen, ja de eerste geloften
Dat twee sterfelijke wezens op aarde uitwisselden,
Het was aan de voet van een door de wind kaalgeblazen boom.
Op een rots in stof.
Ze namen het als getuige van hun vergankelijke vreugde.
Een altijd bewolkte hemel die op elk moment verandert.
En sterren zonder naam die hun eigen licht uitstralen
Verslind onophoudelijk
Alles stierf om hen heen.
De vogel in de bladeren,
De bloem tussen hun handen, het insect onder hun voeten,
De uitgedroogde bron waar de afbeelding wankelde.
Hun vergeten trekken
En op al dat puin die hun klei-hand vasthouden,
Duizelt door bliksemschichten van een moment van plezier.
Ze dachten te ontsnappen aan dit stilstaande wezen.
Wie kijkt toe hoe sterft!
Dwaasheden! zegt de wijze – Gelukkig! zegt de dichter.
En welke droeve liefdes heb jij dan in je hart?
Als het geluid van de rivier je stoort en je zorgen baart,
Ben je bang voor de wind?
Om meer van mijn werk te zien, bezoek mijn website en/of Instagram.
www.heleneplanquelle.com
https://www.instagram.com/heleneplanquelle/
Dit werk is een olieverfschilderij op glas in een 3D-frame, gemaakt naar een gedicht van de Franse dichter Alfred de Musset uit Poésies Nouvelles.
Ja, ongetwijfeld, alles sterft.
Deze wereld is een grote droom.
Het kleine geluk dat ons onderweg overkomt.
Hebben we niet eerder dat riet in de hand.
Moge de wind het ons wegblazen.
Ja, de eerste kussen, ja de eerste geloften
Dat twee sterfelijke wezens op aarde uitwisselden,
Het was aan de voet van een door de wind kaalgeblazen boom.
Op een rots in stof.
Ze namen het als getuige van hun vergankelijke vreugde.
Een altijd bewolkte hemel die op elk moment verandert.
En sterren zonder naam die hun eigen licht uitstralen
Verslind onophoudelijk
Alles stierf om hen heen.
De vogel in de bladeren,
De bloem tussen hun handen, het insect onder hun voeten,
De uitgedroogde bron waar de afbeelding wankelde.
Hun vergeten trekken
En op al dat puin die hun klei-hand vasthouden,
Duizelt door bliksemschichten van een moment van plezier.
Ze dachten te ontsnappen aan dit stilstaande wezen.
Wie kijkt toe hoe sterft!
Dwaasheden! zegt de wijze – Gelukkig! zegt de dichter.
En welke droeve liefdes heb jij dan in je hart?
Als het geluid van de rivier je stoort en je zorgen baart,
Ben je bang voor de wind?
Om meer van mijn werk te zien, bezoek mijn website en/of Instagram.
www.heleneplanquelle.com
https://www.instagram.com/heleneplanquelle/
